Jommeke wil een cadeau voor Filiberkes verjaardag kopen, maar zijn spaarvarken is leeg. Op zoek naar een cadeau vindt hij een scheepje in een vuilnisemmer. Op het scheepje staan vreemde cijfers en letters.
Het vermoeden dat er ergens een verbogen schat ligt groeit. Samen met Filiberke wordt de zoektocht gestart. In de heide graven ze een schat op. Een arme stroper berooft hen. Wat later wordt de stroper gevat en kunnen ze toch met de schat huiswaarts keren.