De koppige cobra


• Albumnummer: 189



• Jaar van uitgifte: 1996

• Aantal pagina's: 48


Filiberke vindt op het marktplein een mand. In de mand blijkt een cobra te zitten. Hij neemt de mand mee naar huis. Wanneer Charlotte zijn kamer wil opruimen ontsnapt de slang. Met wat fluitspel krijgt Filiberke de slang weer in de mand. Een Indiër merkt dit op. Wat later staan een paar Indiërs in Zonnedorp om de cobra en Filiberke te komen halen. De koning van een klein landje heeft hem nodig. Samen met Filiberke gaan ook Jommeke en Professor Gobelijn op expeditie. De koning doet zijn verhaal. Daar de slang nu luistert naar Filiberke is hij het die er moet voor zorgen dat het beeld van de beschermgod van de koninklijke familie kan worden teruggevonden. De cobra is de enige die weet waar het zich bevindt. Maar een spionne ligt op de loer. Jommeke, Filiberke, de prinses en Gobelijn vatten hun tocht aan. Een Indische jongen wordt hun gids. Een oude slangenbezweerder kan bevrijd worden en hen naar de tempel brengen waar het beeld zich bevindt. Wanneer ze met het beeld uit de tempel komen worden ze door tegenstanders van de koning opgewacht en gevangen genomen. Bardar, de grote tegenstander van de koning, roept zichzelf uit tot nieuwe koning. Het volk wil echter dat hij de cobra laat dansen. Als Filiberke de cobra laat dansen wordt de verrader afgevoerd en de oude koning kan zich weer op te troon begeven.