Het zwarte prikgevaar


• Albumnummer: 243
   Scenario/Tekeningen: Philippe Delzenne
   Inkleuring: Agnes Nys

• Jaar van uitgifte: 2008 ↣ 5 september

• Aantal pagina's: 48


Jommeke, Flip, Filiberke en professor Gobelijn reizen met 'De Kuip' van Jan Haring naar een eilandje in de Indische Oceaan. Professor Schelvis, een collega van Gobelijn, doet er een onderzoek naar bedreigde dolfijntjes. Eens op het eiland gaan ze met de allernieuwste, door Gobelijn uitgevonden, duikboot een verkenningstocht maken. Het wordt meteen al een klein avontuur met een inktvis, haai en kwal. Tot slot winnen ze ook nog het vertrouwen van een dolfijn. Wat later, tijdens een speelmoment, duikt plots een agressieve dolfijn op. Deze laatste sleurt Filiberke mee. Filiberke komt terug bij zijn positieven in een grot. Daar wordt hij geprikt door een donkerkleurig visje. Wanneer Jommeke hem terugvindt gedraagt hij zich nogal onhebbelijk. Wat later wordt ook Jan Haring geprikt en deze krijgt meteen een slecht humeur. Gobelijn heeft al snel door dat de donkerkleurige visjes er iets mee te maken hebben. Er wordt dan ook een visje gevangen en onderzocht. Alles dreigt echter in het honderd te lopen wanneer de professoren ook onder invloed komen van het gif van het visje. Jommeke is de einige die nog normaal denkt en reageert. Met een list slaagt hij erin om van professor Gobelijn de nodige info te bekomen over een tegengif. Het maken en toedienen van het tegengif verloopt vrij vlot. De bron van alle kwaad, een zwarte zeeanemoon, wordt uitgeschakeld en de besmette vissen worden weer gezond gemaakt. Bij professor Schelvis thuis komt uiteindelijk iedereen weer tot rust.