Olmek en Toltek


• Albumnummer: 267
   Scenario/Tekeningen: Philippe Delzenne
   Inkleuring: Angnes Nys

• Jaar van uitgifte: 2013 ↣ 6 november

• Aantal pagina's: 48


Jommeke en Filiberke spelen een ridderspel. Twee lastpakken duiken op en doen vervelend. Met een simpel truukje en de hulp van wespen worden ze verjaagd. Terug in hun kartonnen kasteel worden ze overvallen door een windvlaag en ... weg is hun kasteel. Even later komt een briefje van twintig euro aanwaaien en Filiberke weet het te bemachtigen. Er ontstaat bij de twee jongens een idee. Ze gaan het spoor van het briefje volgen nadat ze er iets mee gekocht hebben. Het briefje krijgt een kruisje als merkteken mee. Ze trekken naar een speelgoedwinkel en doen hun verhaal over de reis die ze plannen in het spoor van de twintig euro. De speelgoedhandelaar nodigt hen uit en de volgende dag gaan ze er langs. Een leuke en ontspannende dag beleven ze. Een dag later komt het briefje bij een nieuwe eigenaar, de bakker. Ze steken er de handen uit de mouwen en er wordt besloten om Jommekesbrood de bakken. Wanneer een ballonvaarder een brood komt kopen krijgt hun reis weer een nieuw hoofdstuk. Wim Oostenwind blijkt ook een fan van Jommeke te zijn en heeft gigantische luchtballons van Jommeke, Filiberke en Flip gemaakt. Wanneer ze een tocht door de lucht maken probeert de koningin van Onderland enigszins vervelend te doen. Ze wordt snel een lesje geleerd. Na een wat ruwe landing wordt het geldbriefje weer door de wind in een onbekende richting meegenomen. Via Flip wordt de nieuwe eigenaar gelokaliseerd, een strandjutter. Samen met deze man trekken ze naar het strand en gaan mee op zoek naar verborgen schatten. Er wordt vooral rommel gevonden tot Jommeke plots iedereen roept. Een kruik vol oude munten ligt in het zand. De strandjutter brengt hen in contact met een kunstverzamelaar. Al snel wordt duidelijk dat de door Jommeke gevonden schat echt wel waardevolle munten bevat. Ook komen ze te weten dat Robrecht Bagerius, de kunstverzamelaar, een echte Maya-tempel in zijn tuin heeft. Filiberke merkt er een mooi fluitje op en mag het lenen. Robrecht stelt voor om samen met hem op expeditie naar Mexico te gaan om er een schat te zoeken. De volgende nacht heeft Filiberke een vreemde droom. Wanneer de volgende dag de naam Toltek valt is hij enigszins verbaasd. Ze krijgen te horen dat de schat uit twee gouden beelden bestaat. De beelden stellen koning Toltek en zijn gemalin Olmek voor. Eens in Mexico maken ze kennis met het hoofd van het dorpje Chicchan, Zapotek en diens zoon en dochter. Snel starten ze de expeditie. Deze loopt niet altijd even vlot. Zo weet Filiberke ternauwernood aan een krokodil te ontsnappen en kunnen ze via een moedige Flip de extra hulp van een witkoparend bekomen om over een wilde rivier te geraken. Wat later vinden ze de oude tempel. Filiberke weet van uit zijn droom hoe hij in de tempel een verborgen luik kan openen. Meteen worden ook de gouden beeldjes gevonden. De kunstverzamelaar wil nu graag de beeldjes voor zichzelf en steelt ze de daarop volgende nacht. De volgende morgen wordt alles duidelijk en Jommeke belooft dat de beeldjes terug naar Chicchan zullen keren. Eens terug thuis wordt met de hulp van enkele oude bekenden een plan gesmeed. De kunstverzamelaar wordt 's nachts uit zijn bed gehaald en in zijn eigen tuin tot betere inzichten gebracht. Hij brengt de beeldjes terug naar Mexico. Wanneer Jommeke en Filiberke bekomen van hun avontuur met een omgebouwde tandem gaat het geldbriefje voor een laatste keer door de wind op zoek naar een nieuwe eigenaar en dat wordt ... Anatool. Deze belooft zelfs om eerlijk te worden ... Jommeke en Filiberke geloven het niet echt. Ze keren tot slot nog één keer terug naar Chicchan als eregasten op het feest van Olmek en Toltek.